Cuba 2010, dag 6: CUP’s, CUC’s en strand

Ik begin de dag met hoofdpijn, de mojoto’s van gister breken me aardig op.

Ontbijten, inpakken, en koffers van de heuvel afzeulen naar huize Léon. Cubanen hebben meelij met ons als ze ons zien worstelen met de koffers op de smalle stoepen en de kinderhoofdjes; we worden her en der aangemoedigd.

We waren flink gewaarschuwd voor Cubanen die ons zouden aan gaan klampen om allerlei dingen aan ons te verkopen of mee te lokken naar hun huis om daar te logeren, of om ergens in een restaurant te gaan eten. Maar dat valt eerlijk gezegd nogal mee; ja je wordt inderdaad aangesproken maar als je Istanbul gewend bent, dan valt het best mee.

We moeten vooruit denken en wandelen naar een kantoortje van Cubatours. Daar regelen we een trip naar de bergen voor morgen en een busreis en hotel voor zaterdag want dan vertrekken we richting Varadero, het Mekka van de strandvakanties in Cuba. Alles moet cash betaald worden en we kunnen dus direct door naar de bank om weer geld te halen.

Over geld gesproken. Cubanen betalen in Pesos: buitenlanders doen dat ook, ware het niet dat dat andere Pesos zijn. De cubaanse heten CUP’s: Cuban Pesos, die van toeristen heten CUC’s: Cuban Pesos Convertibles, spreek uit: koek’s. Het is aan de ene kant een vaag gedoe, aan de andere kant word je overal als toerist herkend en moet je betalen in CUC’s. Ben benieuwd of Spanjaarden het voor elkaar krijgen te betalen in CUP’s. Één CUC is 25 CUP’s waard. Op straat word je regelmatig aangesproken door mensen die CUP’s willen wisselen voor CUC’s.

Er zijn geldautomaten in Cuba; niet veel en wat eruit komt zijn over het algemeen CUP’s, en daar kunnen we niks mee. Bovendien werken onze bankpasjes niet.
Als je geluk hebt kun je bij een bank met creditcard CUC’s kopen tegen een tarief van 1.10 US dollar per CUC; of je kunt contante euro’s inwisselen voor en tarief van ongeveer 85 eurocent per CUC. Als je geld opneemt moet je er wat tijd voor uittrekken, eerst moet je in een rij vóór het eigenlijke wisselkantoor, daarna word je bij een balie geholpen. Je geeft je creditcard en paspoort en dan weer wachten. Er wordt vanalles gecontroleerd en heel veel met de hand op de bonnetjes geschreven; maar het komt allemaal goed. Wissel je euro’s in dan worden zelfs de serienummers van de bankbiljetten opgeschreven!
Het leven in Cuba is, ook gerekend in CUC’s, een stuk goedkoper dan in Europa, maar verwacht niet dat je voor een schijntje op vakantie kunt, de bedragen lopen toch wel op.

Vrijwel alles moet je cash betalen, bijna nergens worden creditcards of buitenlandse valuta geaccepteerd. Dus ook hotelreserveringen en bustochten worden vooraf cash betaald. En overal word je op het hart gedrukt de bonnetjes die je krijgt heel goed te bewaren, het is je betalingsbewijs en je zult het moeten tonen bij bijvoorbeeld het inchecken in een hotel. Het computertijdperk is hier nog lang niet aangebroken.

Na dit alles zijn we per taxi naar het strand gegaan, lekker een paar uur onder de parasol bij de zee wegmaken. De zee is trouwens uitzonderlijk warm, ik kan me niet herinneren eerder in zo’n warme zee gezwommen te hebben.
De taxichauffeur vroeg ons hoe lang we bij de zee wilden blijven, hij wil ons graag weer ophalen. We vinden dat prima.

Ons was ook aangeraden te gaan eten bij ’the fat lady’, een restaurant bij particulieren (paladar heet zo’n particulier restaurant). Na enig zoeken, tijdens een regenbuitje notabene, vinden we restaurant Estela, kloppen aan en mogen naar binnen. Er is een tafeltje vrij en we kunnen gelijk aanschuiven; nog geen 10 minuten later zitten mensen te wachten tot een tafel vrij komt, het blijkt hier erg populair te zijn en terecht: het eten is hier, zeker voor Cubaanse begrippen, uitstekend. Dit restaurant staat in toonaangevende gidsen als de Rough Guide en de Lonely Planet.

[smugmug url=”https://fotos.sietse.nl/hack/feed.mg?Type=gallery&Data=12240676_itEf6&format=rss200″ imagecount=”100″ start=”1″ num=”100″ thumbsize=”Th” link=”lightbox” captions=”true” sort=”true” window=”false” smugmug=”true” size=”M”]