Tagarchief: Tallinn-2011-1

Tallinn 2011 (1): De taximaffia

Het heeft soms zijn voordelen als je een vriendje hebt die in allerlei koren zingt. Al helemaal als één van zijn koren, Panchanter, gaat optreden in Tallinn (Estland), en hij als mede-organisator van tevoren op onderzoek uit moet – en ik mee mag!

We vliegen met Baltic Air via Riga (Letland) naar Tallinn; Baltic Air heeft zijn basis in Riga, vandaar de tussenstop. De vlucht naar Riga duurt ruim 2 uur, van Riga naar Tallinn duurt nog geen drie kwartier. Wachttijd in Riga was zo’n anderhalf uur, allemaal prima te doen.

Nergens paspoortcontroles, Estland hoort duidelijk bij de EU, ook wat geld betreft: sinds 1 januari is men over naar de euro.
Van het vliegveld naar het hotel is niet al te ver en zou volgens de boeken ongeveer 10 euro moeten kosten als je
met de taxi gaat. Ons ritje kostte uiteindelijk 30 euro, later horen we dat er een soort taxi-maffia hier is. Inwoners van de stad reizen heel bewust met maar een paar betrouwbare taxiorganisaties; zo niet dan ben je aan de goden overgeleverd.

We slapen in het hotel waar we begin juni met het hele koor en aanhang ook zullen slapen. Het is een erg leuk hotel, mooi ingericht en een prima kamer. Grappig is dat we eerst achter het hotel weer naar buiten moeten, een pleintje met een conferentiezaal erop moeten oversteken, en daarna pas bij onze kamer komen. Er zijn ook kamers gewoon ‘binnen’ zeg maar, wij hebben toevallig een buitenkamer.

Tegen half tien waren we in ons hotel, snel weer naar buiten op zoek naar een restaurant. We vonden er een: Olevi; vanaf de straat de trap af een kelder in. Het is een leuk ingericht restaurant waar we ook nog lekker ‘boar’ gegeten hebben.
Schuin onder het hotel zit een bar, daar hebben we nog een Ests likeurtje gedronken. Het deed erg veel denken aan het Utrechtse likeurtje, de baliekluiver.

Tallinn 2011 (2): De uitdaging: overeind blijven

Vincent heeft vandaag een aantal afspraken – dat is immers het doel van deze reis; ’s ochtends gaat hij met iemand mee op locatie kijken en ’s middags schuiven we aan bij een man die vanalles hier in Estland voor het koor moet regelen.

Terwijl Vincent ’s ochtends dus op stap is pak ik mijn fototoestel en maak ik een wandeling. Ons hotel staat in het oude gedeelte van de stad, een prachtig gebied met mooi gebouwde en gekleurde huizen; vlakbij is een heuvel, daar loop ik naar toe en via een stel trappen kom ik op de heuvel terecht. Het uitzicht is prachtig, over de oude stad heen zie je de Oostzee liggen. De gebouwen op de heuvel zijn al even mooi.
Vorige week vroor het hier ’s nachts nog 27 graden, nu dooit het hier net met als gevolg dat de stoepen en straten slecht begaanbaar zijn door ijs en sneeuw. Het blijft dus uitkijken, ik ben overeind gebleven maar heb toch wel wat schuivers gemaakt op de ijsplaten die het er der op de stoepen en straten liggen. De boel ijs- en sneeuwvrij houden valt zeker niet mee.

Na de luch heeft Vincent een bespreking met Ülo, de man die veel dingen voor het koor moet gaan regelen zoals een ruimte voor een optreden en een busreis naar een andere plaats waar het koor ook gaat zingen; ik zit er ook bij. Ülo blijkt dit soort dingen wel vaker te doen en hij zal het nu ook wel kunnen; hij schreef alleen niks op, Vincent zal alle afspraken met hem via mail bevestigen want anders is het maar de vraag of het goed komt.

De eerste taal in Estland is Ests; daarnaast spreekt ongeveer iedereen Russisch. Mensen waar wij mee te maken hebben, zoals hier in het hotel en in restaurants, spreken ook uitstekend Engels. Het Ests is verwant met het Fins en het Hongaars, maar doordat het Hongaars een andere kant op is ontwikkeld kunnen Esten en Hongaren elkaar niet meer verstaan. Esten en Finnen daarentegen nog wel.

Terwijl we aan een glas Hot Wine zitten (bij ons bekend als gluh-wein) krijgt Vincent een telefoontje: er is een bijeenkomst van de Holland Business Club in de kroeg Hell Hunt aan de straat Pikk. Dat is vlakbij, en we gaan even kijken. Het blijkt dat iets meer dan 100 Nederlanders in Estland wonen en die organiseren een keer per maand een bijeenkomst – vanavond dus. Er zijn dit keer zo’n 15 op komen dagen, ze vertellen erg enthousiast over Estland en hun ervaringen in dit land. Er zijn hier bijvoorbeeld nog niet zoveel regeltjes zodat je met wat eigen initiatief heel veel dingen voorelkaar kunt krijgen. Ze roemen allemaal de ruimte in Estland – 1.3 miljoen bewoners in een land met een iets groter oppervlak dan Nederland. Het hoogste punt in Estland is lager dan het hoogste punt in Nederland.
We eten daarna samen nog even wat. Nou ja even, het duurde lang voordat het hoofdgerecht kwam, maar het was wel lekker. Esten kunnen heerlijk koken in ieder geval.

Tallinn 2011 (3): Restaurantje kijken

Er zijn geen afspraken vandaag, dus is er geen noodzaak om vroeg op te staan. Gevolg: pas tegen 1 uur ’s middags gaan we de deur uit.
Vincent wil uiteraard ook de mooie plaatjes van Tallinn vanaf de heuvel zien, alleen gaan we nu de heuvel op vanaf een andere kant dan die ik gister gekozen had. Het zonnetje schijnt waardoor de kleuren nu nog veel mooier zijn dan gister.

Op de heuvel staat de kathedraal, van buiten een prachtig bouwwerk. We gaan uiteraard ook even binnen kijken, maar dat is nogal een tegenvaller: de inrichting is op zijn zachtst gezegd saai.

Overal hangen bordjes waarop aangegeven wordt dat je stil moet zijn, niet mag filmen en fotograferen, ik hou me er netjes aan. Dan komt er een grote groep toeristen binnen die al pratend aan het filmen en fotograferen slaan. Ik begrijp er niets van.

We brengen ook nog een bezoek aan een kerk waar het koor van Vincent mogelijk gaat zingen. Het is kennelijk een bijzondere kerk want je moet entree betalen maar eerlijk gezegd zie ik het bijzondere er niet aan af. Grappig is wel dat de leuning banken in de kerk gekanteld kunnen worden zodat je andere kant op kunt kijken. Het lijkt wel of voor kerkdiensten de banken de ene kant op staan en bijvoorbeeld voor concerten de andere kant op. De zaal kan in ieder geval aan beide kanten gebruikt worden.

Vincent moet nog een lokatie zien te vinden voor het slotdiner op 4 juni, het liefst wil hij een zaal waar alle 40 personen in passen (26 zangers en 14 aanhang). Bij de Holland Business Club had hij een paar tips gekregen en die hebben we nagetrokken. Er zijn veel, heel veel, restaurants in Tallinn maar de meesten zijn vrij klein; naast de getipte restaurants zijn we ook nog bij een aantal anderen naar binnen gestapt op zoek naar het ideale restaurant en ik denk dat we wel een paar kandidaten hebben. Van alle restaurants hebben we kaartjes meegekregen zodat het verdere zoek- en regelwerk vanuit Nederland kan gebeuren.

We belanden in een sauna – ik denk niet de mooiste van Tallinn maar het was wel lekker om even op temperatuur te komen.

Na de sauna gaan we weer op zoek naar een restaurant – dit keer gewoon om er zelf nu te eten. We zijn blijkbaar kieskeurig geworden want we lopen heel wat af voordat we er een naar onze zin vinden. En die blijkt recht tegenover het restaurant van gisteravond. Dit restaurant, restaurant Ribe, is modern en heeft uiterst vriendelijk personeel. Ze hebben allemaal een oortje in en een microfoontje, ze staan allemaal met elkaar in contact – een vreemde gewaarwording en het leidt nogal af, wij letten er continu op en dat gepraat op de oortjes leidt ook merkbaar het personeel af. Het hogere doel ontgaat mij een beetje.
Het eten is daarentegen perfect, de champagne, wijn en dessertwijn ook. Vincent had zelfs drie dessertwijntjes bij zijn combo van drie crème brûlée’s.
En dat allemaal voor 75 euro voor ons samen.

Lees verder

Tallinn 2011 (4): Achteruit rijden

We vliegen weer terug naar huis, uiteraard weer met airBaltic. Deel één van de tocht van Tallinn naar Riga gaat vandaag met een Nederlands toestel: een Fokker 50, en ik maak weer wat nieuws mee: een vliegtuig dat op eigen kracht achteruit rijdt. Het is natuurlijk ook niet zo ingewikkeld, draai de propellerbladen zover dat de luchtstroom de andere kant op gaat, en het vliegtuig dus achteruit rijdt. Had ik nog niet eerder meegemaakt.
Deel twee van de tocht gaat met een Boeing 737.

We zijn vanochtend in Tallinn om 9:45 opgestegen en op Schiphol rond 12:30 geland. Tijdsverschil is 1 uur, totale reistijd inclusief overstap in Riga is dus 3 uur en 3 kwartier. Overigens was de overstap wel krap; uitstappen, naar de gate en binnen 10 minuten weer instappen; onze koffers hadden twee extra labels gekregen: een geel/zwart gestreepte met het woordje Transfer, en een rood label met in het zwart de tekst ‘Hot Transfer Riga’. Het is allemaal goed gekomen.

De taxi van het hotel naar het vliegveld kostte dit keer maar 17.50 euro, een stuk minder dan de ruim dertig van een paar dagen geleden. Het schijnt dus nog goedkoper te kunnen als je maar weet wie je moet bellen.

Estland is wat betalen betreft een erg modern land; credit cards worden op veel plekken geaccepteerd, maar je kunt ook gewoon met je Nederlandse bankpas geld uit de muur halen en bijvoorbeeld bij restaurants met je bankpas betalen. In Nederland praten we over ‘het nieuwe pinnen’, niet meer de magneetstrip gebruiken maar de chip; in Estland doen ze niet anders, je pint niet door de bankpas ‘door de gleuf te halen’ maar door de bankpas ‘in het apparaat te steken’. Schijnen we in Nederland voor eind 2011 ook allemaal overal te gaan doen.

Ik kijk nu al uit naar de tweede trip naar Tallinn in juni, dan zal ongetwijfeld alle sneeuw en ijs verdwenen zijn en staat van alles in bloei. Leuk!

Lees verder